voor 10 kroketten
|
|
Laat de gelatine weken in koud water.
Scheid de eidooiers van het eiwit en meng de eidooiers met de room.
Laat de boter smelten in de pan doe er 120 gram bloem bij en roer er vervolgens beetje bij beetje de melk door tot je een homogene saus heeft (roux).
Meng de gelatine onder de roux, vervolgens de schaaldierenbouillon, dan de geraspte kaas.
Kruid af met peper, zout en muskaatnoot, goed mengen.
Neem van het vuur en meng er het room en eierdooiermengsel door, alsook de garnalen.
Voeg als laatste het citroensap toe.
Leg in een platte ovenschaal een vel bakpapier van ongeveer 20 x 30 cm en vet het bakpapier in met de olie.
Giet het mengsel in de ovenschaal, dek af en laat 24 uur afkoelen.
Klop het eiwit los met peper, zout en een thee;epel olie.
Strooi de kaasmassa op een met bloem bestrooide plaat.
Snij de kaasmassa in delen van 5 cm op 5 cm en wikkel in de resterende bloem, om vervolgens in het eiwit te wentelen en in paneermeel te draaien.
Zorg dat je kroketten volledig met paneermeel bedekt zijn.
Bak per 4 in frituurolie van 185 °C tot ze mooi bruin zijn.
Daarna plaats je ze nog 5 minuten in een oven van 180 °C.
Afwerken met gebakken peterselie.
Frituur de peterselie.
Let wel: eerst veel zout op de peterselie doen alvorens te bakken in het frituurvet.
Serveer met sla, peterselie en een schijfje citroen.