|
|
Was de bonen en laat ze 24 uur weken in een pan met water.
Voeg na die 24 uur het soepvlees en de laurier bij de bonen en het weekwater en breng alles aan de kook.
Laat dit anderhalf uur op laag vuur pruttelen.
Snijd de preien in flinke ringen en was het zand eruit.
Voeg de prei, fijngesneden selderij en de rijst toe aan de soep.
Breng alles aan de kook en laat de soep vervolgens nog 30 minuten op laag vuur zachtjes doorkoken.
Voeg de laatste 20 minuten de rookworst in z'n geheel toe.
Haal het soepvlees eruit.
Snijd het klein en voeg het weer bij de soep.
Snijd de rookworst in plakjes en voeg deze ook weer bij de soep.
Breng de soep op smaak met zout en peper.