|
|
Rasp de wortelen en de radijzen en snij de kool in reepjes.
Hak de walnoten grof.
Meng alles goed door elkaar.
Meng alle ingrediƫnten voor de vinaigrette goed door elkaar.
Giet de dressing over het koolmengsel en laat even staan, zodat alle smaken goed met elkaar verweven worden.
Strooi er tot slot de walnoten over en breng eventueel nog op smaak met peper en zout.
Spoel de linzen grondig.
Rooster ze even in een droge pan.
Blus dan met de bouillon, voeg laurier en tijm toe en laat sudderen tot de linzen zacht gaar zijn.
Zeef ze van het overgebleven kookvocht en verwijder laurierblad en tijm (dit vocht kan je nog perfect gebruiken als basis voor een soep of saus).
Stoof de ui en paprika met de look in een scheut olijfolie.
Voeg de currypoeder toe.
Blus met de balsamicoazijn.
Voeg peper en zout toe naar smaak.
Laat sudderen op laag vuur tot een lichtjes goudbruin.
Voeg toe aan de linzen.
Voeg de havervlokken en het paprikapoeder toe.
Meng goed en laat rusten.
De havervlokken nemen nu het vocht op van de linzen en groenten.
Smaak af met peper en zout.
Als de linzen zijn afgekoeld, vorm je met je handen ongeveer acht burgers.
Mocht het deeg nog te kleverig zijn, voeg je nog wat havervlokken of wat paneermeel toe.
Bak de burgers in hete olijfolie aan beide kanten goudbruin op een stevig vuur.
Laat ze nadien op laag vuur langs beide zijden nog een beetje uitbakken.