|
|
Snijd van de bovenkant van de appels een kapje.
Het steeltje zal eraf vallen.
Boor met een appelboor de klokhuizen uit maar duw niet door de hele appels heen: de onderkant moet heel blijven.
Neem een lepel en hol de appels uit.
Dat is een secuur werkje, want je mag niet tot de schil gaan; er moet een zekere dikte overblijven.
Verwijder van alles de restjes klokhuis – de harde stukjes, brrr – en snijd alle uitholsel klein maar niet tot pulp, stukjes à la appeltaart zijn goed, of iets kleiner.
Meng met de suiker, de chilivlokken, het vijfkruidenpoeder en een snufje zout.
Vul de appels met het mengsel en leg op elk een vlokje boter.
Leg de kapjes er weer op en prik een satéprikker door het gaatje waar het steeltje zat; dan gaat het kapje niet schuiven.
Zet nu of later de oven aan op 180 °C, wacht tot hij heet is en bak de appels 25 minuten.
Serveer warm of lauw met een klodder mascarpone ernaast.