|
|
Meng de bloem met het bakpoeder en klop de melk met een garde erdoor.
Klop de eieren erdoor en laat het beslag 10 minuten rusten.
Klop het beslag nogmaals door.
Verhit steeds een klein stukje boter in de koekenpan en bak 8 dikke, goudbruine pannenkoekjes.
Laat ze uitgespreid afkoelen.
Klop met een mixer de mascarpone met de vanillesuiker, sinaasappelsap en -rasp in een paar minuten goed smeuïg.
Klop dan de gehakte pecannoten erdoor.
Verdeel over 7 pannenkoekjes en stapel ze op een schaal op elkaar.
Dek af met de laatste pannenkoek en laat de stapel losjes afgedekt met vershoudfolie in de koelkast in 30 minuten stevig worden.
Verwarm voor de saus de boter met de suiker op een lage stand tot deze is gesmolten en roer dan de gecondenseerde melk erdoor.
Laat op een lage stand zachtjes pruttelen tot de saus iets begint in te dikken.
Giet de warme karamelsaus over de pannenkoektaart en bestrooi met de rest van de pecannoten.
