Spruitjes (Brassica oleracea var. gemmifera) zijn kleine kooltjes die in de okselholten van de koolplanten groeien, tegen de harde stengel of stam aangevleid. Deze groente werd in 1821 voor het eerst in de omgeving van Brussel geteeld en wordt in Europa al snel een belangrijke wintergroente. De oorspronkelijke naam is "Choux de Bruxelles". De term "spruitjeslucht" slaat op de typerende geur die in huizen blijft hangen als spruitjes of andere koolsoorten te lang gekookt worden. Koolsoorten hebben een grote behoefte aan zwavel en nemen dat op uit de bodem waar ze groeien. De geur die vrijkomt bij het langdurig koken van kool ontstaat dan ook door het vrijkomen van vluchtige zwavelverbindingen, zoals H2S. Dit is ook de reden dat veel kinderen niet zo van kool houden. Spruitjeslucht staat inmiddels synoniem voor bekrompen opvattingen. Voeg tijdens het koken stukje ui, teentje knoflook of suiker toe, dit vermindert deze kooklucht. | Spruitjes kunnen eenvoudig in de magnetron bereid worden: per 500 gram enkele eetlepels water toevoegen en de spruitjes ongeveer 8 minuten bij een vermogen van 700 / 750 watt garen. De spruitjes blijven knapperig en mooi groen. Voor de bereiding dient een klein plakje van het snijvlak te worden afgesneden, vervolgens komen ook wat buitenste blaadjes los, verwijder deze. Kook spruiten niet te lang, ze moeten een beetje knapperig blijven. Gebruik niet teveel water, zodat de vitamine C (spruiten zijn rijk aan vitamine C, vezelstoffen en zijn grote ijzerleveranciers) behouden blijft. Zorg dat ze beetgaar zijn (na ca. 8 à 10 minuten) dan zijn ze lichter verteerbaar en bovendien smakelijker. De bereidingstijd kan verkort worden door de onderkant van de spruit in te kerven, zo is de groente sneller gaar. In een papieren zak op een droge plaats kunnen ze 3 à 4 dagen goed bewaren. |
Gepubliceerd door: De Wassende Maan
Spruitjes hebben over het algemeen geen goede reputatie. Veel mensen, en vooral kinderen, lusten ze niet gekookt. Maar je kunt ze ook op vele andere manieren bereiden en daarmee veel lekkerder maken. Lekkere spruitjes zien er fris en groen uit. Koop geen spruitjes met gele bladeren of spruitjes die zacht aanvoelen. Snijd het harde kontje van de spruit en verwijder eventueel de buitenste blaadjes als die er niet mooi meer uitzien. Spoel de spruitjes even af onder de kraan. Meestal worden spruitjes gekookt. Je kookt ze in een pan met ruim water en zout. Afhankelijk van de grootte zijn ze na een kooktijd van 10 tot 12 minuten wel gaar. Kook ze niet te lang, want dan verspreid zich de beruchte spruitjeslucht in de keuken. Je kunt eventueel een scheutje melk meekoken om deze lucht te voorkomen. Ook neemt dat een beetje van de typische spruitjessmaak weg. Gekookte spruitjes kunnen prima verwerkt worden in een stamppot met gekookte aardappelen. Voeg wat boter, melk, peper, zout en nootmuskaat toe. Lekker met spekjes of rookworst. Spruitjes kun je ook roerbakken met spekjes. | Bak eerst de spekjes uit en kook de spruiten nog net niet beetgaar. Giet de spruitjes af en bak ze kort even mee. Je hebt hiervoor nog maar een paar minuutjes nodig. Wanneer je spruitjes stooft, houd je de volle spruitjessmaak intact. Snijd de grote spruiten in kwarten en de kleintjes in tweeën. Smelt een grote klont boter in een pan en voeg de spruiten doe. Laat ze met het deksel op de pan 10 tot 15 minuten in de boter gaar stoven. Breng op smaak met zout, peper en nootmuskaat. Spruitjes kun je ook gaar stomen. Met deze bereiding behouden ze de meeste vitamine C over en ook de smaak (dus je moet wel van de smaak houden). Stoom ze in 10 tot 15 minuten gaar en breng ze op smaak met zout & peper. Gekookte spruitjes kun je gratineren in de oven. Verwarm de oven voor op 180 °C en doe de beetgaar voorgekookte spruitjes in een ingevette ovenschaal. Bestrooi ze met geraspte kaas en grof gemalen peper. Zet de schotel 20 minuten in de oven om een goudbruine laag over de spruitjes te verkrijgen. |
Bron: N.N.