Peterseliewortel (Petroselinum crispum var. tuberosum) is een variëteit van de
peterselie, die hoofdzakelijk voor zijn tot 15 cm lange, witte penwortel wordt gekweekt. De wortel is rijk
aan caroteen, vitamine B2 en vitamine C. Peterseliewortel en pastinaak zijn beide voorbeelden van zeer
aromatische najaars- en wintergroenten. Ze hebben een volle, wat zoetachtige smaak en vooral peterseliewortel
heeft een krachtig aroma dat ergens tussen dat van peterselie en knolselderij in zit. Beide groenten lijken
bijzonder sterk op elkaar - de wortels zijn bleekbeige of 'gebroken wit'- en zijn enkel door hun aroma van
elkaar te onderscheiden. Kenmerkend voor pastinaak, is dat het vruchtvlees zoeter wordt wanneer de wortels
lichte nachtvorst hebben ondergaan.De wat raapachtige smaak wordt dan nog uitgesprokener. |
Peterseliewortel blijft zeer fris en ongecompliceerd knapperig van smaak, zelfs in soep.
Omdat beiden hard zijn, moeten ze langdurig worden bereid. Toch kunnen kleine stukjes of plakken ook krokant
worden gebakken. Maar het beste is ze te koken en/of te stoven of er puree of soep van te maken. Daarvoor
worden ze eerst geschild (eventueel ook ongeschild koken en nadien de schil afwrijven). Door hun krachtig
aroma passen pastinaak en peterseliewortel in eenvoudige gerechten met weinig andere ingrediënten. De
aromatische wortel past in soep en kan gestoofd of rauw geraspt gegeten worden. Peterseliewortel kan in een
plastiek zak in de frigo of op een andere koele plaats een paar dagen bewaard worden. |