Sarma van snijbiet

sarma_snijbiet (3K)

  • 1 kg snijbiet, met groot blad
  • 1½ mok rondkorrelige Turkse rijst
  • 200 g rundergehakt
  • 1 ui
  • 2 tomaten
  • (olijf)olie
  • blikje tomatenpuree
  • verse platte peterselie
  • zout & peper
  • koriander
  • gedroogd dille
  • gedroogde hete pepervlokken, pittige variant

De rijst goed wassen, tomaten en ui fijn malen in een mixer en de peterselie fijnsnijden.
Dit alles in een schaal mengen met het gehakt, de olie, tomatenpuree, specerijen en peper en zout.
De snijbietbladeren worden gewassen en de stelen verwijdert, de bladeren gaan in een grote bak of pan en hierop wordt kokend water gegoten.
Dit een minuut of 2 laten staan, de bladeren uit laten lekken en de dikke nerven er voorzichtig uit snijden.
Zorg ervoor dat de bladeren zo min mogelijk scheuren.
Bewaar de nerven en steeltjes, deze heb je straks nog nodig.
Nu ga je de bladeren vullen.
Ga hier even goed voor zitten, want dit duurt wel even.
Leg een blad voor je met de nerven naar boven, de brede kant onderaan.
Je legt net iets van de onderkant ongeveer een volle dessertlepel hoeveelheid vulling op het blad.
Spreid het uit tot een vinger dikte -worstvorm- en vouw dan eerst de zijkanten van het blad.
Rol het dan strak af naar boven, net als het vouwen van een loempia.
Proberen de sarma's dezelfde diktes te laten hebben zodat ze allemaal tegelijk gaar worden.
Pak een grote brede pan, leg op de bodem alle steeltjes en ongebruikte blaadjes.
Die zorgen ervoor dat de sarmas niet aanbranden en je kan ze later ook gewoon opeten, je hoeft dus niks weg te gooien.
Vul daarna de pan op door de sarma's netjes tegen elkaar aan gedrukt erin te leggen.
Als je een wat smallere pan hebt, is het geen probleem dat je flink wat laagjes opgestapeld hebt, het wordt dan ook allemaal gaar.
Giet een scheutje olie over de sarma's heen, meng 25 cl water met een lepel tomatenpuree en wat zout en giet deze ook in de pan.
Vul dan aan met water tot de sarma's net niet helemaal onder het water staan.
Aan de kook brengen en zo'n 25 minuten later pruttelen.
Even eentje eruit halen na die tijd en controleren of de rijst goed gaar is, zo niet nog enkele minuten laten staan.
Het kan zowel warm als koud gegeten worden.

Bron: Mieke Aksakal
Gepubliceerd door: Okke - Snijbiet

Terug