|
|
De ene dag eet je snijbiet, dan bewaar je de bladstelen.
De andere dag kook je daar mee.
Zilverstelen zijn extra brede, witte snijbietstelen.
Die hebben we ook in de moestuin, maar nu gebruiken we gewone.
De snijbietstelen snijdt u klein door ze een of twee keer in de lengte door te snijden en dan overdwars.
Dan krijgt u kleine blokjes.
Fruit de ui in de olie, roer de kruiden erdoor (niet de verse koriander!), dan de linzen en de rijst.
Door de olie roeren en een liter water erbij, met wat peper en zout.
Aan de kook brengen en vuur laag.
Na een minuut of tien de fijngesneden snijbietstelen erdoor.
Misschien nog wat water toevoegen.
Laat nog even zachtjes koken, breng eventueel verder op smaak met wat zout.
Vuur uit en de verse koriander erdoor roeren.
Opdienen.
Gewoon zo.
Maar als u er vlees of vis bij wenst: wij opteren dan voor een forel.
Of een plak schapenbout (nee: schaap is niet vies).