|
|
Je kunt gekookte, gevacumeerde tamme kastanjes kopen, je kunt ze ook zelf koken.
Neem dan ruim 600 gram.
Snijd de boven en onderkant in – of inkruisen – en kook ze een kwartier in ruim water.
De schillen barsten dan open.
Pel ze daarna.
Verwijder ook de harige schilletjes, zo die er aan de kastanje blijven plakken.
Verwarm de oven voor op ca. 180 °C.
Kook de zojuist gepelde (of voorverpakte gekookte) kastanjes in pakweg gaar in de melk met de vanille.
Dit kan een kwartier of langer duren.
Neem zes hele kastanjes uit de melk.
Pureer de rest met een staafmixer.
Met een gewone mixer het eigeel met de suiker tot het lichtgeel crèmig wordt.
Meng de kastanjepuree en de eigeelmassa met de eetlepel rum en de bloem tot een fraai beslag.
Klop met een garde het eiwit stijf met ene pietsje zout erdoor.
Spatel het eiwit door het beslag.
Dit wordt een betrekkelijk zachte massa.
Maar schrik niet.
Het komt goed.
Neem een ruime springvorm.
Maak een vel bakpapier op maat voor de bodem.
Vet de rand van binnen in met wat boter.
Giet het beslag in de vorm en zet in de oven.
Bak circa 40 minuten.
(Na verloop van tijd controleren: u ziet dat de taart als ware het een soufflé is gerezen.
Met een pen of breinaald controleren of het binnenste droog is.
Dan is het goed.
Als massa aan de naald blijft: nog even doorbakken.)
(Extra: Ondertussen los je de suiker op in een beetje water.
Daarin kook je nog even de zes apart gelegde kastanjes en dan van het vuur halen en laten staan.
De suiker wordt stroop.
Taart uit de oven: even af laten koelen.
Met een mes langs de binnenkant van de springvorm gaan om er zeker van te zijn dat het los is.
De kastanjes nog even door de siroop halen, halveren en op de taart leggen.
Klaar.
Opmerkingen
Hier staat een instructie hoe je makkelijk zelf kastanjes kunt pellen.