|
|
Zeef de bloem met het zout boven een kom en meng er de suiker en de geraspte citroenschildoor.
Verwarm de melk lauwwarm en los de gist op in de lauwe melk.
Smelt de boter in een pannetje en laat afkoelen.
Maak een kuiltje in de bloem en doe hier de gistoplossing, de gesmolten boter en de eierdooiersin.
Kneed alles met koele hand tot een mooi soepel deeg.
Laat het deeg afgedekt met een vochtige doek, 1 uur rijzen op een warme plek.
Kneed dan de amandelspijs door het deeg, druk de amandel erin en maak van het deeg een bol.
Beboter een bakplaat, leg de deegbol erop en strooi er wat bloem over.
Laat de bol, afgedekt met een vochtige doek, nog eens 45 minuten op een warm plekje rijzen.
Bak daarna het brood iets onder het midden in een voorverwarmde oven van 225 °C in 45 minutengoudbruin en gaar.
Smelt intussen wat boter in een pannetje en laat afkoelen.
Laat het brood op een rooster uitdampen en bestrijk de bovenkant met de gesmolten afgekoeldeboter.
Bestrooi het driekoningenbrood voor het opdienen met poedersuiker in de vorm van een ster, ofbestrooi het brood helemaal met poedersuiker en leg er een uitgeknipte goudkleurige ster op.
In vroegere eeuwen was driekoningen het grote huiselijke winterfeest en zelfs Willem Barentsz enzijn mannen vierden het tijdens hun barre verblijf op Nova Zembla.
Op driekoningenavond (de avond voor driekoningen) werd het driekoningenbrood gegeten.
Degene, die de amandel in zijn brood trof, was koning en had het in huis voor het zeggen.
De gelukkige werd -door hem met stoel en al in de lucht te tillen- gehuldigd en kreeg een kroon vangoudkleurig karton op zijn hoofd.
Behalve het driekoningenbrood kwamen er ook tradioneel schalen met wafels en pannenkoeken optafel.
In Limburg wordt dit nog altijd gevierd.
Bron: © bakkertje thuis
Bron: Mijnreceptenboek.nl