Bruine suikertaart

bruine_suikertaart (3K)

taartendeeg voor 3 taarten van 20 cm Ø

  • ½ kg bloem
  • 12½ cl melk
  • 250 g boter
  • 3 eieren
  • 20 g gist
  • 40 g suiker
  • 10 g zout

Los in de deegkuip of in de "fontein" de gist op in de lauwe melk.
(Indien je het deeg met de hand maakt werk met een "fontein": dit houdt in dat je de bloem op je werkbank uitgiet en er met je vingers in kuipje in vormt.)
Voeg er de suiker en de eieren bij.
Indien je met de hand werkt meng je ze nu gedeeltelijk met de bloem.
Meng nu het zout en onmiddellijk erna de boter in je deeg.
Indien je het deeg mechanisch kneed dan voeg je na stap 2 de bloem bij en volg dan stap 3 en 4.(max. 5 minuten).
Het deeg mag maar kort bewerkt worden en moet redelijk slap zijn.
Het moet nog een beetje aan de vingers plakken.
Laat nu het deeg een half uurtje rijzen.
Neem nu ⅓ van het deeg, en leg de rest opzij voor een volgende keer.
(Je kan het gerust invriezen).
Verdeel het stuk deeg nu in twee.
Vet de taartvorm goed in en rol het deeg uit zodat het een beetje over de rand komt als je het erin legt.
Leg het deeg in de vorm, en duw het lichtjes tegen de rand aan.
Strooi nu een klein handje bruine cassonade over de bodem.
Giet er een beetje room op en strooi er ongeveer 5 gram amandelpoeder over.
Strijk de randen goed in met opgeklopt ei en giet eventueel ook nog een beetje ei op de suiker.
Rol het ander stuk deeg uit en plooi het in 4.Knip nu de beide hoekranden 3 à 4 keer in en maak nog een drietal insnijdingen in het midden.
Leg dit zo op de taart en plooi het open.
Trek lichtjes open over de randen zodat de gaten lichtjes openkomen.
Strijk nu overvloedig in met opgeklopt ei, strooi een laagje bruine cassonade over, en leg er 3 klontjes boter op.
Laat de taart nu een uurtje rijzen en bak af op 200 °C gedurende 12 à 15 minuten.

Foto: Geert Roels & Ingrid Decraeye; Universiteitsbibliotheek Gent
Bron: Bloch Gent

Terug