voor 12 personen
|
|
Verwarm de oven op 180 °C
Mix de boter, zelfrijzend bakmeel, basterdsuiker, vanillesuiker, snufje zout en de helft van het ei tot een egaal deeg. Is het erg plakkerig, voeg dan nog een beetje bakmeel toe en is het erg droog nog een beetje boter of ei.
Wikkel het deeg in folie en leg zo lang in de koelkast.
![]() |
![]() |
Schil ondertussen de appels en snijd samen met de ananas in blokjes.
Meng het fruit in een kom met 25 gram suiker, kaneel, 1 eetlepel gemberjam, 3 eetlepels bloem en citroensap.
Leg het bakpapier op de bodem van de springvorm en doe de rand hierop en klik vast.
Verwijder het overige papier aan de zijkanten.
Vet de hele springvorm in met boter.
![]() |
![]() |
Neem ongeveer ⅔ deel van het deeg en rol uit met een deegroller, gebruik eventueel wat bloem of bakmeel om plakken tegen te gaan. Bekleed de vorm hiermee.
Gaat dit niet zo handig?
Geen probleem, druk met je vingers het deeg uit in de vorm tot de hele bodem en de zijkanten bedekt zijn met een laagje deeg.
Verdeel het paneermeel over de bodem.
![]() |
![]() |
Verdeel het appelmengsel over de bodem en druk ietsjes aan.
Rol het overige deeg uit en snijd hier repen van en leg deze kruislings over de taart en druk de uiteinden vast aan de rand van de taart.
Bestrijk de bovenkant vervolgens met het overgebleven ei.
Bak de appeltaart in ongeveer 60 minuten gaar en mooi goudbruin.
Bestrijk de bovenzijde vlak nadat hij uit de oven komt met gemberjam.
Laat hem grotendeels afkoelen voordat je hem uit de vorm haalt.
Lekker met een toef slagroom.
Dit artikel is tot stand gekomen in samenwerking met Hero.