|
|
Kook kleingesneden witte kool, peultjes of sperzieboontjes, doperwtjes en bloemkool half gaar in water en zout.
Giet ze daarna af, laat ze uitlekken.
Doe ze in een pan met melk zodat de groenten goed onderliggen.
Voeg er een handje garnalen, stukjes gedroogde vis kikkerbilletjes en dendeng, wat fijngesneden Spaanse peper, uien of sjalotten en een stukje trassi of lengkuas bij.
Laat alles gezamelijk langzaam koken tot de groenten gaar zijn en de kool gebonden is.