voor 3 à 4 personen
Kijk voor meer informatie in de woordenlijst van ingrediënten Indonesisch - Nederlands
|
|
Snipper de sjalotten en snijd knoflooktenen fijn en fruit deze 2 à 3 minuten aan in een ruime braad- of soeppan.
Voeg de sambal oelek toe en fruit even kort mee.
Zet het vuur lager en schenk de gembersiroop bij het geheel.
Schenk ruim 1 liter water bij het geheel samen met de verkruimelde kipbouillonblokjes.
Breng het water tegen de kook en plaats de kipfilet in de bouillon.
Laat in circa 20 minuten gaar koken.
Snijd ondertussen het bosje lente-ui in ringen, komkommer in halve maantjes en maak de taugé schoon.
Blancheer de taugé door deze 30 seconden in kokend water te leggen en af te spoelen onder ijskoud water.
Kook tevens alvast de eieren in 6 minuten halfzacht.
Halveer ze zodra ze klaar zijn.
![]() |
![]() |
Pluk de kip door deze met 2 vorken los te trekken (zoals pulled chicken).
Neem een mengkom en vul met de pindakaas, sap van een 1/2 limoen en 2 eetl. kecap manis.
Voeg een paar flinke lepels van de bouillon toe en meng door de pindakaas.
Net zoveel tot de pindakaas vloeibaar(der) is geworden.
Schenk nu de vloeibare pindakaas bij de bouillon en roer met een grote garde goed door elkaar.
Proef of extra sambal of gembersiroop nodig is.
Doe de kip terug in de pan en laat nog even kort goed warm worden.
Schenk de soep in een bord of soepkom en serveer met de lente-ui, komkommer, taugé , een eitje en wat extra pinda's.
Je kan er eventueel ook rijst in doen voor extra vulling.