Kijk voor meer informatie in de woordenlijst van ingrediënten Indonesisch - Nederlands
|
|
Mix voor de bumbu de sjalotten, knoflook, kemirinoten, kurkuma, ketumbar, djintan, trassi, laos en olie tot een gladde massa.
Fruit de bumbu enkele minuten aan in een scheutje olie en voeg vervolgens de kokosmelk toe.
Roer het geheel even goed door elkaar.
Voeg de kipdijfilet toe en schep alles even om.
Voeg nu ook 1 stengel gekneusde sereh toe en 2 à 3 blaadjes salam.
Doe de deksel op de pan en laat het geheel in 45 minuten gaar sudderen.
Wel af en toe even omscheppen.
|
|
|
Haal na 45 minuten de deksel van de pan en laat de saus nog even indikken.
Dit duurt waarschijnlijk nog 20 à 30 minuten.
Uiteraard af en toe even omscheppen.
Serveer met witte rijst en een frisse groente.
|
|
Wrijf de kip in met zout en peper.
Fruit de ui in olie tot glazig.
Voeg de stukken kip hieraan toe met de kruiden en laat het geheel vijf minuten doorbakken.
Doe er daarna telkens wat water bij, terwijl u het nog een half uurtje laat stoven.
Is de kip eenmaal zacht, voeg er dan de santen mix aan toe en laat alles nog wat doorwarmen.
|
|
Maal de uien, knoflook, ketumbar, trassi en kemiri fijn in een blender en fruit dit mengsel in de hete olie tot de geuren vrij komen.
Voeg dan de kip toe met santen, sereh, jeruk purut en zout en suiker naar smaak en stoof het mengsel tot de kip mals is.
Voeg eventueel wat water toe als het mengsel te droog wordt.
|
|
Sjalotjes en knoflook heel fijn snipperen, kemiris fijn maken en alles met de ketumbar, jintan en trassi in een vijzel mengen.
De kip in stukken snijden en met dit mengsel insmeren, ze in een pan leggen met zoveel water dat ze net onder staan.
Aan de kook brengen en als het water kookt de sereh, laos, laurier, asem, suiker en citroenrasp toevoegen.
Na 10 minuten de santen en de bouillonblokjes erbij.
Zachtjes laten koken tot het vlees gaar is.
Voor het opdienen het vocht zeven.
